Hij promoveerde op een proefschrift dat als titel droeg ’Homo habitans’, de wonende mens. De geschiedenis, die de aanleiding vormde voor dit werkstuk, vertelde hij me lang geleden. Het was een collega, dr Herman Bade. Een beroep vanuit Canada bracht hem per boot op weg naar ‘de overkant’. Aan boord bleek zijn vrouw zwanger te zijn en een beginnende zwangerschap was aan boord van een schip op de oceaan geen pretje. Weer aan land, waren de problemen nog niet opgelost. Een eigen huis was nog niet beschikbaar en het jonge paar werd ondergebracht op een boerderij in het wijde, vlakke land. Een gevoel van ontheemd zijn lag voor de hand en deed niet goed. Op een avond liep Bade naar buiten en van de wijde vlakte liet hij zijn ogen omhoog dwalen naar de sterrenhemel. Toen kwam de gedachte in hem op: ‘En Abraham woonde voor Gods aangezicht’. Dat raakte en bemoedigde hem. Uiteindelijk leidde die ervaring tot aanvaarding van de leefomstandigheden van het moment en later tot het genoemde promotieonderzoek.

Wonen.

Bent u blij met de plek waar u woont? Hebt u die plek gekozen of bent u er toevallig terechtgekomen? En is er in uw stad of dorp een buurt of een straat waar u liever niet woont? Het zou kunnen en het zou met een goede, maar ook met een slechte – discriminerende – reden kunnen zijn. Toch? En hoe doet Jezus het?

Ik vraag dit in verband met een keuze die Jezus maakt. Na Judea, waar Hij werd gedoopt (door Johannes) en getest (door satan) en waar Hij hoorde van de arrestatie van Johannes, ging Jezus terug naar Galilea. Hij verliett de plaats waar Hij opgroeide, Nazareth, en verhuisde naar de oever van het meer van Galilea, naar Kafarnaum. Geen logische, aantrekkelijke plaats. Jesaja heeft het eeuwen eerder al over ‘Galilea van de heidenen’ daar en ‘een volk dat in duisternis leeft’. Niet echt vroom volk, ver van Jeruzalem. Maar juist daar wil Jezus thuis zijn. Mensen, die vinden dat ze goed leven en geloven en zich behoorlijk netjes aan de regels houden, hebben weinig ruimte om te verstaan wat Jezus zegt. De kans bestaat dat hun (onze?) harten en oren vol zitten met zelfvoldaanheid.

Jezus kiest er voor om te wonen midden tussen de mensen; zeg maar gerust: in ons midden. Tussen de mensen die aanspreekbaar zijn. Aanspreekbaar, omdat ze kwetsbaar zijn. Omdat ze weten dat het anders en beter kan met hun leven. Omdat ze, als dat nodig is, groot genoeg zijn om om hulp te vragen.

Er zijn mensen, die denken niet goed genoeg te zijn voor God. Er zijn mensen, die zoeken naar zin en gaafheid. Voor hen en voor ieder ander moet deze verhuizing van Jezus enorm bemoedigend zijn. Hij wil bij ons zijn, in óns midden– zolang de wereld bestaat. Niet omdat we zo goed zijn, maar omdat Hij om ons geeft. Maar dat Jezus niet de gemakkelijkste weg kiest als het er om gaat waar Hij thuis wil zijn en wie Hij van dienst kan zijn, zou voor ons ook wel eens een uitdaging kunnen zijn.