Nadat we ver van huis de nacht hadden doorgebracht, liep ik een boekhandel binnen om een ochtendkrant te halen. Uiteraard werd hieraan gekoppeld een speurtocht langs de vele uitgestalde boeken. Dat leverde onder meer een verrassend kleinood op. Een boekje, met als titel: Opruimen voor je doodgaat (uitgeverij De Bezige Bij). Dat opruimen schijnt een Zweeds gebruik te zijn. Je spullen ordenen tegen het einde van je leven. Een ritueel dat je helpt om nog eens terug te kijken op je leven. Nu gaat het mij niet zozeer om dit laatste (nog), maar dat opruimen spreekt me wel aan. Ik heb ook gemerkt dat het een regelmatig terugkerend gespreksonderwerp is met leeftijdgenoten. Meestal zijn we het er dan wel over eens dat het helpt om jezelf de vraag te stellen of je het zelf opruimt of dat later je kinderen een container moeten bestellen. Erfstukken scheiden van de rommel, zo staat het op de achterflap, brengt je bij waardevolle herinneringen. Aan dat zinvolle en nuttige onderdeel ben ik nog niet toegekomen. Wel merk ik dat bij het ouder worden het terugkijken een steeds grotere plaats inneemt. Het gevaar is dan dat je in gezelschap gaat praten over je zogenaamde gloriemomenten. ‘Oude koek’, waar anderen gewoonlijk weinig tot geen belangstelling voor hebben. Net zoals je soms werd gedwongen om eindeloos de dia’s  of foto’s van de vakantie van buren, vrienden of familie te bekijken.

 

Het zinvolle van terugkijken is dat je er ook toe kunt komen om oud zeer te herstellen. Wie heb ik tekortgedaan en kan ik daar nog iets aan doen? Ben ik voldoende dankbaar geweest, bijvoorbeeld naar mijn ouders? Heb ik mijn kinderen genoeg aandacht gegeven toen ze klein waren? Zeker in dit laatste geval kan het erg goed zijn om hen dat nog maar eens te vragen.

 

Terugdenken en opruimen is in wezen een heel Bijbelse opdracht. Nog niet zo lang geleden was het Grote Verzoendag. Tot op de dag van vandaag is het gebruik binnen het Jodendom om voorafgaande aan die dag dingen uit te praten wanneer dat nodig is, om relaties te herstellen of te zuiveren.

 

Dus ja, toch ook terugkijken. Hoe jong of oud je ook bent. Het is nodig om te leren. Nog altijd heb ik een speldje dat ik langgeleden kocht in Jeruzalem, in Yad Vashem, de herinnering aan de moord op de miljoenen Joden. Deze instelling bestaat niet om oude wonden open te houden, maar men wil vooral voorkomen dat de geschiedenis zich herhaalt. Op dat speldje staan dan ook de Hebreeuwse letters van het woord ‘Gedenk’.

 

Voor ons als christenen spreekt dat woord met kracht bij de viering van het Avondmaal. Gedenk wat Jezus voor ons deed, wie Hij voor ons is.

 

Maar goed, ook het opruimen is van groot belang, lastig, maar nodig. Opruimen wat in de weg staat. Opruimen wat je dwars zit.

 

Ruimte maken om als vrij mens verder te kunnen. Vooral ruimte maken om gericht te blijven op het volgen van Jezus.