Twee mogelijkheden en natuurlijk een combinatie van beide. Het doet denken aan Gezang 88 uit het Liedboek 1973. Het gedicht van Jean Racine (17e eeuw). Het begin is: ‘Mijn God, gewapend tot de tanden voeren twee mannen in mij strijd …’. Het gevecht tussen het doen van wat goed is en wat kwaad. In het laatste vers eindigt dit met een gebed: ‘Kom mijn verscheurde hart genezen, o Heer, door uw genade groot …’.

 

Misschien is het voor Advent een beetje zwaar aangezet, maar deze tijd van het kerkelijk jaar vraagt wel om keuzes. Het meest voor de hand ligt de mogelijkheid om aandacht te geven aan warmte, gezelligheid, gezamenlijkheid. Daar doet dan ook zo ongeveer ons hele land wel aan mee. En terecht. De komst van Jezus, als een van de onzen, mag zeker leiden tot dankbaarheid als bron van al die prettige zaken. Per slot van rekening kwam hij om ons te bevrijden en een heel nieuwe werkelijkheid binnen te brengen. De andere mogelijkheid is, dat we onszelf afvragen of we het nog steeds waard zijn hoe hij zich voor ons inzette. Ook dat is een kant van Advent: bezinning. Het is niet zomaar, dat paars de kleur is van Advent. Bezinning. Je afvragen wat de betekenis is van Jezus’ komst en wat het effect is. Het zou kunnen, dat het nadenken er over begint met de vraag waarom het nodig was. Wie dat doet, kan zich maar beter niet laten afleiden door de vraag of God het niet anders had kunnen oplossen. Dat is een vraag waar weinigen uitkomen. Zeker heeft dat te maken met een iets te optimistisch levensgevoel. Ook al houdt Jezus ons voor dat wij zonder hem in het donker ronddwalen, wie ervaart het leven zo? Een verbroken relatie met God? Dat valt toch wel mee? Kennelijk niet dus. Waarom zou het ‘Kind van Bethlehem’ anders een zo zware weg gaan? Vluchteling worden, afgewezen, verraden en uiteindelijk gemarteld en vermoord. 

 

Maar wij. Hoe gaan we de weken van Advent gebruiken? Welke van de twee mogelijkheden krijgt onze aandacht en inzet. Of lukt het om er een goede combinatie van te maken? Zo, dat er ogenblikken zijn van vieren en genieten, maar ook van stilstaan, nadenken en geloof opfrissen? Opnieuw tot ons laten doordringen wat Jezus voor ons deed en wat hij voor ons betekent.

 

Erg moeilijk hoeft een combinatie niet te zijn. De warmte en gezelligheid, het gezamenlijke, daar komen we haast niet onderuit. Moeten we ook niet willen mijns inziens. Het andere aspect van Advent vraagt ‘alleen maar’ om een beetje discipline. Elke dag even tijd nemen om de bijbel te pakken, na te denken, te bidden en onszelf de vraag stellen hoe verbonden we zijn met Jezus en waar we hem dankbaar voor zijn. En dan ’s zondags samen vieren, stap voor stap op weg naar de dagen van Kerst.

 

Van mijzelf weet ik, dat de feestdag er is voordat ik het goed en wel doorheb. Tenzij ik inderdaad elke dag tijd neem voor het wonder.