Terwijl de mannen, met speer en boog, zwijgend op pad waren, om te zorgen voor het dagelijks voedsel, deden de vrouwen gezamenlijk, al pratend en geheimen en adviezen delend, het zware onderhouds- en voorbereidingswerk bij de grot.

Zo zou ik me de oertijd voor kunnen stellen.

En wanneer de mannen terugkomen van de jacht zitten ze bij elkaar en vertellen er sterke verhalen over. De vrouwen werken en doen wat nodig is.

Er is wel het een en ander veranderd, maar zijn wij mensen veel veranderd?

Zij zegt: ‘Hij praat niet’. Hij zegt: ‘Zij zeurt maar door; ze heeft altijd wat’.

Gelukkig gaat het lang niet in alle relaties zo, maar wanneer de spanning oploopt, zijn dit veel gehoorde opmerkingen.

Tussen de generaties begint het ook te spelen. Oma wil horen hoe het met haar kleinkind gaat, maar dat zit te turen en te tikken op smartphone of IPod om de tegenstander om zeep te helpen of iets dergelijks. ‘Hou uw mond toch eens’, denkt hij, ‘zo win ik nooit’.

Mensen verschillen van elkaar. Vrouwen en mannen zijn meer of minder verschillend. Ze denken anders en doen anders en dat is prima. Maar hoe gaan ze met elkaar om in al die verscheidenheid? Hoe communiceren mensen zo, dat ze elkaar aanvullen en elkaar verstaan?

Beelden en vragen. Vragen, waar ik ook lang niet altijd weg mee weet. Maar wat ik wel weet is, hoe belangrijk het is om elkaar te zien. Ik bedoel niet, dat je elkaar op het netvlies krijgt. Waar het om gaat is, dat we eerlijk en oprecht in elkaar geïnteresseerd raken.

Ooit las ik, hoe in Afrikaanse steppen mensen onderweg elkaar – ook al was het op afstand - groeten met: ‘Ik zie je’. Een geruststellende gedachte in de wijde ruimte. Zou je niet op je bestemming komen en er wordt naar je gezocht, dan is er in ieder geval iemand die je op een bepaalde plek heeft gezien.

‘Ik zie je.’ Wandelend op de Sallandse Heuvelrug, valt het me nogal eens op, dat er mensen zijn die op de heide of in het bos strak voor zich uitkijken. Ze zien de andere wandelaar of fietser niet. Om eerlijk te zijn denk ik dan wel eens: ‘Stedelingen zeker’. Anderen kijken en groeten. Het zal niet zomaar een verschil zijn tussen stad en dorp. Het is vooral ook een houding. Heb je oog voor je omgeving, of ben je alleen bezig met je eigen wereldje? Op de hei of met je smartphone, in je relatie of op je werk.

Een dergelijke vraag is niet iets van ‘het opgeheven vingertje’. Het is onderdeel van het leerpakket voor een volgeling van Jezus. Jezus, zag de mensen. Zij raakten hem. Hij reageerde naar wat zij nodig hadden. En: zo Meester, zo leerling toch?

Of je nu wel of niet gemakkelijk praat en deelt, of je gevoelens kunt verwoorden, het gaat om betrokkenheid. Niet alleen op hen met wie je werkt of vrije tijd beleeft, maar vooral op je Heer en op de mensen met wie je verbonden bent.