Wist u, dat het ongelooflijk belangrijk is hoe u er bij zit? Ik bedoel niet of u er warmpjes bij zit of maandelijks tekort komt. Hoe belangrijk en lastig dat laatste ook is. Nee, het gaat me om de manier waarop u in de kerkbank zit.

Elke week weer zie ik een grote diversiteit aan gezichten en houdingen voor me.

 Zondag nog bijvoorbeeld. Zij was een jaar of vijftien en duidelijk niet vrijwillig meegekomen. Ze deed haar best om vooral geen belangstelling te tonen voor wat er gebeurde en gezegd werd. Toch kon ze het niet laten om zo nu en dan even scheef omhoog te kijken in de richting van de kansel. Een houding van: ‘ik hoor dit niet leuk te vinden, maar zit er toch wat in?’

Natuurlijk is het antwoord op de vraag of er iets gebeurd in een kerkdienst een zaak van drie partijen. De Geest, de aanwezige kerkgangers en de voorganger. Wanneer de laatste twee, de kerkgangers en de voorganger, klaar zijn om ter zake te komen, kan vast en zeker de eerste, de Geest van God, veel werk doen.

Maar het ging om u. Hoe u er bij zit en hoe dat van belang is voor degene die de dienst leidt. Stel dat iedereen gekomen is, simpelweg omdat het zondagmorgen is en er dus een kerkdienst gehouden wordt. Geen verwachting, geen verlangen, geen hoop op vergeving of wat dan ook. Achterover leunend wacht u af wat die vrouw of man daar vooraan er deze keer van bakt. Maar eigenlijk maakt dat ook niet zoveel uit. Als de dienst gehouden wordt, de collecte rondgaat en er geen verrassende dingen gebeuren, dan is alles in orde. Dan gaan we gerustgesteld weer naar huis. En als het dan ook zo nu en dan nog een beetje leuk kan zijn, dan hoeft het verder nergens over te gaan. Hoe zo leerlingen? Doe niet zo moeilijk man.

Een zwart beeld, van een gemeente op weg naar de ondergang.

Het tegenovergestelde is de kerkganger die misschien niet op de punt van de stoel zit, maar wel actief aanwezig is. Ik bedoel niet, dat deze constant zit te schuifelen, maar zij is verwachtingsvol gekomen. Misschien onbewust, maar er leeft iets van een besef als: ‘God is in ons midden, laten we vieren, aanbidden en ontvangen’. Een dergelijke houding, al is het maar van een paar aanwezigen, is geweldig stimulerend voor degene die geroepen is om de dienst te leiden.

Natuurlijk zullen de meeste mensen in de kerk ergens tussen deze twee uitersten in zitten. Misschien hopend dat er iets zal zijn, een lied een opmerking, de zegen waardoor zij geraakt worden. Maar ook dat is niet niks. Ook dan is er verwachting. En dat is denk ik het geheim van wat je zou kunnen noemen een ‘geslaagde kerkdienst’. Dat wij, die daar samen komen, iets verwachten – van de Heer van de kerk.

Verwachting is openheid. En waar openheid is, is geven en ontvangen mogelijk.

U bent van groot belang – voor God, maar ook voor de voorganger.