‘Ik ben alleen gekomen vanavond. Mijn man is het er niet zo mee eens.’ Een opmerking, die ik hoorde op een wijkavond. Het zou gaan over hoe ver het stond met de eenwording van een hervormde gemeente en een gereformeerde kerk.

Nu kan ik me best indenken, dat je geen zin hebt in een dergelijke avond wanneer je bijvoorbeeld een hoge bloeddruk of een zwak hart hebt. Waarom zou een mens zichzelf in de gevarenzone brengen wanneer dat niet direct noodzakelijk is. Waarom zou je solliciteren naar een nachtje woelen en draaien.

Maar er zit ook een andere kant aan. Wanneer de gemeente waar je bij hoort voor belangrijke keuzen staat, mag verwacht worden dat je meedenkt en meepraat. Klagen en mopperen op afstand of achteraf is een bedervend iets. Het is slecht voor de sfeer niet alleen, maar daarmee ook voor de gezondheid van de kerkelijke gemeente.

Ik weet niet wat de reden is geweest om niet te komen van degene waar het die avond over ging. Ik weet wel, hoe ‘heidens’ moeilijk het is om iedereen te betrekken bij het leven van de gemeente.

Er zullen er zijn, die alle vertrouwen hebben in hun kerkraad en het met een gerust overlaten aan de mensen die er voor zijn om besluiten te nemen. Anderen houden van binnen uit afstand en vinden het wel best allemaal. Meeleven doen zij voor zover het hen uitkomt.

Het resultaat daarvan is, dat het beleid gemaakt wordt door een waarschijnlijk (te) kleine groep gemeenteleden. En dat zijn dan meestal oudere, in ieder geval ruim volwassen gemeenteleden. En dat betekent dan weer, dat een belangrijk deel van de gemeente niet meedenkt en meeleeft. Niet mee vorm geeft aan de toekomst. Terwijl het dan juist degenen zijn die hopelijk in de toekomst de gemeente zullen vormen.

Het doet bijna denken aan de politiek. Het percentage werkelijke kiezers zal immers heel wat kleiner zijn dan het percentage burgers dat commentaar heeft op de gang van zaken. Maar dan is weer het verschil, dat deze laatsten in ieder geval nog commentaar geven. Was dat in kerkelijke kring maar meer het geval. Ook al komt het gegeven politieke commentaar ook meestal niet daar terecht waar het zou moeten klinken.

Wie geroepen is, wie geraakt is door de Heer van de Kerk, kan het zich in ieder geval niet permitteren om zich te gedragen alsof zij of hij langs de zijlijn kan staan. Als ‘beste stuurman aan de wal’. Het feit, dat we bij ‘de club’ horen, brengt mee dat we meeverantwoordelijk zijn. Laat het niet zo ver komen dat we in de kerk een actie moeten gaan houden als van de KNVB. Daar is men begonnen om iets te doen aan de ouders, die te hard schreeuwend langs de kant van het veld, hun kinderen opjutten, omdat zij vinden dat het harder en anders moet.

‘Laat je gebruiken als levende stenen’, staat er. Het gaat om de bouw van een heiligdom voor de Heer. In alles waar we binnen de kerk mee bezig zijn. Dat vraagt zorgvuldigheid en vooral betrokkenheid.