Geboren worden met een zilveren lepel in de mond. Het lijkt me geen pretje, maar de uitdrukking betekent zoveel als: ‘Vanaf de geboorte zit al alles mee’. Voor nogal wat mensen heeft dat gegolden de laatste tientallen jaren. Zo niet alles, dan was toch wel erg veel mogelijk. Een hoge levensstandaard en een verzorging van wieg tot graf. We stonden bekend als een land met een geweldige sociale zekerheid.

Wat heeft dat opgeleverd? Aan de ene kant frustratie, want de koek was niet voor iedereen in even grote mate beschikbaar. Aan de andere kant een ‘pampersamenleving’, een verwende maatschappij. Niets vervelends mag ons overkomen en als er onverhoopt toch iets gebeurt, moet zogenaamde letselschade ruimschoots vergoed worden. We hebben rechten, veel meer dan plichten. En we staan er liever niet bij stil, dat het leven ‘een strijdtoneel’ is. Dus als er iets gebeurt, roepen we: ‘Waarom?’. Alsof daar altijd een antwoord op is te geven. Hoewel het vooral geroepen lijkt te worden wanneer de oorzaak duidelijk is: Onverantwoord gedrag.

De tijden veranderen. Inleveren en iets soberder leven is het motto. Wat hebben we voor elkaar over? Kunnen we delen, door zelf een paar stappen terug te doen? Of zijn we slaaf wat we hebben en kunnen doen?

Dat kerkmensen niet krenterig zijn, is bekend. De cijfers zijn duidelijk. Goede doelen, mantelzorg, vrijwilligerswerk, we staan er bij alles goed op. Maar waar het nu om gaat, is nog weer van een andere orde. En het gemurmureer is niet van de lucht. Begrijpelijk, omdat veel mensen nog niet weten wat hen precies te wachten staat. En helemaal, wanneer werkloosheid dreigt of al werkelijkheid is.

Maar wat heeft dit allemaal te maken met Advent? Met het op weg zijn naar het Kerstfeest?

Misschien meer dan we zo op het eerste gezicht denken. Kijk maar eens naar Filippenzen 2. Daar wordt beschreven hoe Jezus zijn positie opgaf en ‘de gestalte aannam van een slaaf’. Alles wat hij had liet hij achter. Alles wat hij was ook ongeveer. En dat allemaal om ons te helpen. Om hen te helpen, die helemaal niet op zijn komst en ingrijpen zaten te wachten. Veel mensen waren tevreden met hun lot. Veel mensen vonden dat zij zich prima konden redden. Waarvan moesten zij (moeten wij) nu toch gered worden? We zijn toch aardig en vrijgevig?

Zeker zijn we dat (meestal), maar is dat waar het om gaat? Zou er niet meer zijn? De geboorte van Jezus, zijn leven, zijn sterven, het is toch allemaal niet voor een kleinigheid gebeurd? Er moet een verschrikkelijke reden voor zijn geweest dat zoiets afschuwelijks als de dood van Jezus nodig was.

De dood van hem, die alles opgaf – voor ons.

De weg van Advent is de weg van een nieuwe, een frisse oriëntatie. Wie was Jezus? En waarom heeft hij gedaan wat hij deed? En wie ben ik, dat hij dat voor mij heeft gedaan?

Het slot van het verhaal: Geen zilveren lepel, maar er wacht een gouden kroon.