Met alle verhalen over het wel of niet bestaan van Jezus en over wel of niet een lichamelijke opstanding, kan ik persoonlijk niets. Dat heeft, naar ik vermoed, tenminste twee redenen. De eerste is, dat ik in de loop van de jaren meer en meer overtuigd ben geraakt van de betrouwbaarheid van zowel de schrijvers van de Evangeliën als van Paulus.

 

Ik vraag mij dan af, of de mensen – of ze nu theologie hebben gestudeerd of niet – die de meer of minder mistige verhalen de wereld in helpen, hebben ontdekt waar het in de boodschap van Jezus om gaat.

 

Misschien is dat kort door de bocht, maar het heeft veel, zo niet alles, te maken met mijn eigen ontdekkingstocht. Ook voor mij waren de verhalen ooit niet meer dan verhalen. Persoonlijk had ik er niet zoveel mee. Dat is totaal veranderd, doordat ik tijdens mijn zoektocht naar een antwoord op de vragen die ik had, mensen ontmoette die mij aanspraken en hielpen. Van huis uit was ik bekend met de bijbel en de gewoonten. Ik heb dat als bijzonder positief ervaren. Maar de vraag naar de werkelijkheid van het geloof bleef. God zou wel bestaan, maar wat had ik daar mee te maken? En Jezus? Geweldig was hij. Maar de noodzaak van vergeving? Was die er? Ik vroeg het mij niet af als puber. Het was allemaal wel aardig in orde meende ik. Totdat het gevoel van gemis ontstond. De ervaring van die leegte, waarvan een kerkvader al zei dat deze alleen kon worden opgevuld door Jezus. En wat had de man gelijk.

 

Geloven bleek een aanraking, een ontmoeting in te houden, uitlopend op een relatie.

 

En wat er ook wordt gezegd over iemand met wie je een goede relatie onderhoud, je toetst – als je het al hoort – alles altijd aan je eigen overtuiging en ervaring. En vaak kom je dan tot de conclusie dat er weliswaar van alles bedacht en gezegd kan worden, maar dat jij anders weet.

 

Paulus daagde de mensen, die niet in de opstanding van Jezus geloofden, uit om zelf maar op zoek te gaan naar de waarheid. Getuigen genoeg, schreef hij. Aan meer dan 500 mensen was Jezus verschenen na de Paasmorgen. En de meesten van hen leefden nog. Dus … vraag maar na. Het is echt de moeite waard om dit weekend 1 Korintiërs 15 nog eens te lezen. Ongelooflijk bemoedigend.

 

En Paulus eigen ervaring, zijn ontmoeting met de Levende Heer, was niet minder werkelijk. Het haalde zijn leven totaal overhoop.

 

Een dergelijke ervaring is niet de voorwaarde om te kunnen geloven. Geloof vraagt niet een stormachtige bekering, ook al kan dat wel. Maar het kan ook anders gaan. Kijk maar hoe de helper van Paulus, Timoteüs, tot geloof kwam. Hij hoorde over Jezus van zijn moeder en grootmoeder en kwam gaandeweg tot de conclusie dat hij er niet onder uit kwam om zich aan Jezus toe te vertrouwen.

 

Wie antwoord zoekt op de vraag of het geloof niet alleen de moeite waard en nuttig is, maar of het ook waarheid en werkelijkheid is, zal de getuigen moeten vertrouwen.